Over het Basisexamen Inburgering
Als je buitenlandse partner naar Nederland wil komen, moet hij/zij in veel gevallen een examen doen. Dat examen heet het Basisexamen Inburgering. Dat examen wordt afgenomen op een Nederlandse ambassade in het land van herkomst of in het land waar je buitenlandse partner officieel woont. Een lijst van de ambassades waar het examen wordt afgenomen vind je op de website:
http://www.minbuza.nl/nl/Producten_en_Diensten/Burgerzaken/Basisexamen_inburgering_in_het_buitenland
Je kunt je buitenlandse partner op die website ook opgeven voor het examen. (Kosten € 350).
Het Basisexamen Inburgering bestaat (TOT 1 APRIL 2011) uit twee toetsen. Op 1 april 2011 komt er een leestoets bij (zie hieronder).
• KNS = Kennis van de Nederlandse Samenleving. Deze toets gaat over 100 vragen. De antwoorden kun je uit je hoofd leren. Het komt voor dat kandidaten geen snars begrijpen van de vragen, maar als zij na het horen van de vraag en het bekijken van de bijbehorende foto het goede antwoord kunnen noemen, dan is het goed. Bijvoorbeeld een vraag als: “Waren de VOC schepen voor de visvangst of voor de handel?” Er zijn ook makkelijke vragen. De 100 vragen en antwoorden zijn bekend en staan o.a. afgedrukt in het officiële overheidslespakket “Naar Nederland”. Je krijgt bij de toets een selectie van 30 vragen. Je moet er dan 21 goed hebben (70%).
• TGN = Toets Gesproken Nederlands. De Toets Gesproken Nederlands is het tweede deel van het Basisexamen Inburgering. In dit deel wordt gekeken of je in normaal tempo gesproken Nederlands kan verstaan en daarop kan reageren. Er worden drie soorten opdrachten getoetst: zinnen nazeggen, korte vragen beantwoorden en tegenstellingen geven.
De Toets Gesproken Nederlands bestaat uit 5 onderdelen:
a) Zinnen nazeggen. Je krijgt 12 zinnen te horen en je moet deze zinnen nazeggen. De zinnen variëren in lengte tussen 3 en 13 woorden. De aangeboden zinnen worden steeds langer en daardoor moeilijker.
b) Korte vragen. Je moet 14 vragen beantwoorden met een enkel woord of een kort zinnetje.
c) Nog een keer 12 zinnen nazeggen.
d) Tegenstellingen. Je hoort een woord en je moet het tegenovergestelde noemen. Je moet 10 tegenstellingen noemen.
e) Verhalen navertellen. Je hoort twee korte verhaaltjes en je moet deze navertellen. Dit onderdeel levert geen punten op voor de toets, het wordt gebruikt om de toets verder te ontwikkelen.
Om een voldoende te halen voor de TGN moet je (met ingang van 1 april 2011) een score halen van 26 punten of meer. De uitslag van het examen wordt voor 75% bepaald door de nazegzinnen.
Toetsscore volgens rapportageschaal TGN CEFR-niveau:
Score Taalniveau
80 (max.) C2
68-79 C1
57-67 B2
47-56 B1
37-46 A2
26-36 Vanaf 1 april 2011 A1
10-25 Tot 1 april 2011 A1-min
Informatie over de taalniveaus vind je o.a. op: http://www.coe.int/T/DG4/Linguistic/CADRE_EN.asp
Je moet slagen voor beide onderdelen. Als je op één onderdeel zakt, moet je beide onderdelen overdoen. De uitslag van het Basisexamen Inburgering blijft een jaar geldig. Binnen dat jaar kun je een MVV aanvragen.
• GBL = Geletterdheid en Begrijpend Lezen (vanaf 1 april 2011)
Vanaf 1 april 2011 komt er een schriftelijke toets bij. Ook hiervoor moet je slagen. Het woord schriftelijk is nogal misleidend. De extra toets bevat twee leestoetsen:
1. Technisch lezen: je moet woorden, zinnen en een paar korte verhaaltjes hardop voorlezen. De spraakcomputer beoordeelt je leessnelheid en je uitspraak. De makers van het examen beweren dat die spraakcomputer ook kan beoordelen (horen) of je de teksten die je voorleest werkelijk begrijpt. De makers willen dat de spraakcomputer ook beoordeelt op tekstbegrip. Taalkundigen betwijfelen echter of dit mogelijk is.
2. Begrijpend lezen: zo lang de computer het tekstbegrip niet beoordeelt, zal er naast het hardop voorlezen ook een leestoets zijn die ‘op papier’ (kan ook op een computerscherm) wordt getoond. Je moet dan een stukje tekst lezen en enkele begripsvragen beantwoorden met behulp van ‘waar/niet waar’.
Voorbereiden op het Basisexamen Inburgering
Je kunt je voorbereiden op het Basisexamen Inburgering.
In de eerste plaats is er het officiële overheidspakket “Naar Nederland”. Daarin staat praktische informatie over de procedure rond het examen. Het pakket bevat verder de 100 vragen die gesteld kunnen worden tijdens het onderdeel KNS. Als hulpmiddelen voor het uit het hoofd leren van de antwoorden zitten in het pakket een dvd, een audio-cd en een fotoboek met 100 foto’s. Bij elke foto hoort een vraag.
Je kunt KNS-oefentoetsen maken op:
http://www.ikwilnaarnederland.nl/inburgeringstoets.php
In het pakket “Naar Nederland” zit tot 14 februari 2011 geen lespakket om de kennis van de Nederlandse taal uit te breiden. Vanaf 14 februari zal de overheid een lespakket verspreiden, waarmee men Nederlands kan leren tot en met niveau A1.
Naast dit officiële overheidspakket bestaat er ook ‘onafhankelijk’ lesmateriaal dat mensen helpt om te slagen voor het Basisexamen Inburgering.
Als mogelijke voorbereiding op de TGN geef ik hier enkele tips. Je kunt boeken, cd-roms etc. kopen. De kwaliteit is divers en vaak is het materiaal zonder deskundige begeleiding slecht bruikbaar. Hier is een greep uit de mogelijkheden:
1. Via internet:
http://www.taalklas.nl/ (gratis)
2. Via internet:
http://www.toetsgesprokennederlands.nl/ ( studieboek + internetcursus)
3. Op weg (lesboek, leert Nederlands tot niveau A1-min – dus vanaf 1 april 2011 te laag niveau voor het examen. uitg. Boom Amsterdam)
http://www.opwegnaarnederland.nl/op_weg
4. Toets Gesproken Nederlands – 18 oefentoetsen (uitg. Intertaal) - http://www.intertaal.nl
5. Luister en Leer ( twee audio-cd’s + teksten op internet) ( uitg. Efficace Vught) http://www.efficace.nl/index.php/introlenl
6. (Vanaf voorjaar 2011) – Geletterdheid en Begrijpend Lezen – Studieboek, uitg. Intertaal + website http://www.geletterdheidenbegrijpendlezen.nl
Er bestaan veel boeken, cd-roms en studieprogramma’s via internet. Het is niet mogelijk alles te noemen. Sommige programma’s zijn erg duur wat geen garantie is dat het lesmateriaal ook goed bij iemand past. Iedereen leert op een andere manier.
Veranderingen Basisexamen Inburgering en de gevolgen ervan …
Per 1 april 2011 gaat er nogal wat veranderen bij het examen op de ambassade.
Het komt erop neer dat het examen een behoorlijk stuk moeilijker wordt. Met name voor Aziaten, Brazilianen en West-Afrikanen wordt het moeilijk. Vanwege uitspraakmoeilijkheden voor mensen met deze etnische achtergrond zullen velen van hen gaan zakken voor het examen (25%). Tussen 2006 en 2010 lag het zakpercentage op 5%.
In de eerste plaats wordt de taaltoets (TGN) moeilijker gemaakt: men moet veel meer punten gaan halen om het gewenste niveau te gaan halen. Nu ligt het niveau op 16 punten, dat wordt 26 punten.
Bovendien moet men de ’schriftelijke’ toets gaan doen.
Het schrijven wordt niet getest.
De overheid zal vanaf 14 februari 2011 nieuw lesmateriaal verspreiden. Dat lesmateriaal zal er niet op gericht zijn om mensen te laten slagen: het lesmateriaal wordt gemaakt, omdat Europese wetgeving de overheid dwingt om materiaal ter beschikking te stellen van kandidaten. Maar de overheid zal het materiaal niet zo maken, dat met behulp van dit materiaal het examen op de ambassade vergemakkelijkt wordt.
Cursussen
Je kunt een cursus volgen. In sommige landen worden cursussen gegeven om mensen voor te bereiden op het Basisexamen Inburgering. Er bestaat helaas geen toezicht op de kwaliteit van dergelijke cursussen.
Nederland/China: http://www.ikwilnaarnederland.nl/
Marokko: http://www.institut-nakhil.com/index_NL.php
Brazilië: http://www.aulasdeholandes.com.br/precos_local.htm
Turkije: http://www.wildenberg.com.tr/
Thailand: http://www.thaidutch4u.com/
Singapore: http://www.allwrite.com.sg/Dutch_Language_Course.htm